Uitgangspunt van het werk van Simone de Groot is een fragment uit het middeleeuwse lied Twee Koningskinderen. Het lied gaat over twee kinderen die van elkaar houden maar van elkaar gescheiden zijn door een diep water. Het werk bestaat uit een mast met op de top een meisje dat met haar hand een zegenend gebaar maakt richting het dak van de Genieloods. Hierop stonden vroeger vier tekstregels van het middeleeuwse lied. Vanwege de restoratie van de loods zijn de regels niet langer zichtbaar.